Nederlandse universiteiten: buitenlandse studenten voorop

18 februari 2025

De laatste jaren hebben Nederlandse universiteiten zich steeds meer gericht op het aantrekken van internationale studenten, zowel uit de EU als daarbuiten. Hoewel deze verschuiving de universitaire begrotingen ten goede komt, heeft dit aanzienlijke kosten voor de Nederlandse belastingbetalers en inheemse studenten. De toenemende instroom van buitenlandse studenten heeft enorme druk gezet op de woningmarkt, de onderwijskwaliteit en openbare diensten in de grote Nederlandse steden. Daardoor worden Nederlandse studenten vaak achtergesteld in hun eigen land.

Financiële prikkels: meer buitenlandse studenten, meer geld

Collegegeld en financiële winst

De belangrijkste financiële prikkel voor universiteiten om buitenlandse studenten aan te trekken is het aanzienlijke verschil in collegegeld. Niet-EU-studenten betalen in het bijzonder veel hogere collegegelden dan hun Nederlandse en EU-tegenhangers. Deze collegegelden kunnen wel drie of vier keer zoveel bedragen als die voor Nederlandse of EU-studenten (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap). Deze inkomsten zijn een belangrijke trekpleister voor universiteiten, die steeds meer afhankelijk zijn van deze betalingen om hun activiteiten en uitbreidingsinspanningen te financieren.

Door de aantrekkelijkheid van financiële stabiliteit zijn universiteiten begonnen met het agressief promoten van hun programma’s in het buitenland, gericht op internationale studenten uit landen waar hoger onderwijs duur of moeilijk toegankelijk is. Hoewel het extra inkomen universiteiten helpt hun faciliteiten te onderhouden en uit te breiden, resulteert dit vaak in een systeem dat meer gericht is op financiële winst dan op de behoeften van lokale studenten. De druk om buitenlandse studenten aan te trekken, betekent ook dat universiteiten ervoor moeten zorgen dat hun programma’s aantrekkelijk zijn voor internationale markten, soms ten koste van lokale relevantie of kwaliteit.

Overheidsfinanciering op basis van studentenaantallen

In Nederland wordt de overheidsfinanciering voor universiteiten grotendeels bepaald door het aantal ingeschreven studenten. Dit betekent dat een toename van het aantal studenten – ongeacht of ze Nederlands, EU- of internationaal zijn – direct resulteert in meer financiële steun van de staat (Algemene Rekenkamer). Dit systeem creëert een financiële prikkel voor universiteiten om hun studentenpopulaties uit te breiden, vaak zonder volledig rekening te houden met de impact op de onderwijskwaliteit, infrastructuur of de behoeften van lokale studenten.

Deze afhankelijkheid van studentenaantallen als financieringsmechanisme heeft echter geleid tot een “groei tegen elke prijs”-mentaliteit. Universiteiten staan onder druk om hun programma’s snel op te schalen, waarbij ze vaak nieuwe cursussen openen of bestaande programma’s uitbreiden om internationale studenten op te vangen. Helaas leidt dit vaak tot overvolle collegezalen en overbelaste docenten, wat de algehele kwaliteit van het onderwijs voor iedereen, ook voor Nederlandse studenten, vermindert.

Woningcrisis: buitenlandse studenten overnemen Nederlandse steden

Overvolle studentenhuisvesting

Een van de meest zichtbare gevolgen van de instroom van buitenlandse studenten is de groeiende vraag naar studentenhuisvesting in grote Nederlandse steden zoals Amsterdam, Utrecht en Groningen. Deze steden worstelen met het accommoderen van de snel groeiende studentenpopulatie, wat resulteert in een ernstige tekort aan betaalbare woningen. Terwijl het aantal internationale studenten toeneemt, stijgen de huurprijzen voor studentenwoningen, waardoor het voor Nederlandse studenten steeds moeilijker wordt om betaalbare woonruimte te vinden (Nederlands Bureau voor Economisch Beleid).

De woningcrisis heeft een punt bereikt waarop veel Nederlandse studenten gedwongen zijn om bij hun ouders te blijven wonen of lange afstanden te reizen naar hun universiteit. Aan de andere kant kunnen internationale studenten, die vaak financiële steun van hun thuisland of hun familie ontvangen, gemakkelijker een woning vinden. Deze situatie heeft geleid tot een omgeving waarin Nederlandse studenten verdrongen worden in hun eigen steden ten gunste van buitenlandse studenten die zich hogere huurprijzen kunnen veroorloven.

Verdringing van lokale studenten

De woningcrisis heeft geleid tot een situatie waarin particuliere verhuurders en woningcorporaties vaker geneigd zijn om buitenlandse studenten voorrang te geven bij beschikbare woningen. Dit komt doordat buitenlandse studenten vaak hogere huurprijzen betalen, die soms worden gesubsidieerd door hun thuislanden. Dit financiële voordeel heeft geleid tot een verschuiving op de woningmarkt, waarbij Nederlandse studenten worden verdrongen ten gunste van buitenlandse studenten die meer kunnen betalen voor huisvesting. Als gevolg hiervan worden lokale studenten vaak gedwongen om te concurreren voor minder, duurdere opties (CBS).

Bovendien beperkt deze verdringing zich niet alleen tot studentenhuisvesting. Het groeiende aantal buitenlandse studenten draagt bij aan een algemene stijging van de kosten van het levensonderhoud, die zowel Nederlandse studenten als lokale bewoners treffen. Terwijl buitenlandse studenten hogere huren betalen, heeft de stijgende vraag naar woningen ook invloed op lokale huurders, wat de betaalbaarheid van huisvesting verder onder druk zet.

Daling van de onderwijskwaliteit

Grote collegezalen en overvolle programma’s

Naarmate Nederlandse universiteiten uitbreiden om de toestroom van buitenlandse studenten op te vangen, is de student-docent-ratio aanzienlijk gestegen. In veel programma’s zijn de collegezalen overvol, wat de onderwijskwaliteit vermindert. Docenten hebben minder tijd om individuele studenten te begeleiden, en de cursussen worden steeds algemener om grotere groepen te accommoderen. Als gevolg hiervan ontvangen studenten, zowel Nederlands als internationaal, minder persoonlijke aandacht en ondersteuning in hun studies (Onderwijsinspectie).

Deze overbevolking heeft niet alleen invloed op de leeromgeving, maar vermindert ook de algehele kwaliteit van universitaire programma’s. Studenten vinden het steeds moeilijker om zich diepgaand met het lesmateriaal bezig te houden, wat de academische prestaties nadelig beïnvloedt. De universiteitservaring, die ooit bekend stond om haar meer intieme leeromgevingen, wordt nu gekarakteriseerd door onpersoonlijke, grootschalige cursussen die de onderwijservaring kunnen ondermijnen.

Engels als standaardtaal

Om internationale studenten aan te trekken, hebben veel Nederlandse universiteiten Engels als de primaire instructietaal ingesteld. Deze verschuiving is niet alleen beperkt tot programma’s met internationale relevantie, maar strekt zich uit tot vakken die traditioneel weinig behoefte hadden aan Engelstalig onderwijs. Deze verschuiving naar Engelstalige programma’s heeft bezorgdheid gewekt bij Nederlandse studenten, van wie velen liever in hun moedertaal studeren. Bovendien kan de verschuiving naar Engels bijdragen aan de afname van de beheersing en het gebruik van het Nederlands in academische en professionele contexten (Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren).

Het gebruik van Engels op universiteiten roept ook vragen op over de impact op de Nederlandse culturele en academische identiteit. Naarmate meer cursussen in het Engels worden aangeboden, neemt de rol van de Nederlandse taal en cultuur in het hoger onderwijs af, wat mogelijk de educatieve uniciteit van het land vermindert ten gunste van een meer geglobaliseerd, maar minder lokaal verankerd, systeem.

Onrechtvaardige last voor de Nederlandse belastingbetaler

Overheidsfinanciering voor buitenlandse studenten

De financiële impact van buitenlandse studenten gaat verder dan alleen het collegegeld. EU-studenten, die hetzelfde collegegeld betalen als Nederlandse studenten, komen vaak in aanmerking voor Nederlandse studentenleningen en -beurzen. Dit betekent dat de Nederlandse belastingbetaler indirect het onderwijs van buitenlandse studenten subsidieert, die mogelijk niet bijdragen aan de Nederlandse economie nadat ze hun studie hebben afgerond en het land verlaten (CPB). Hoewel de instroom van EU-studenten enige economische voordelen heeft, zoals het aantrekken van talent en het bevorderen van internationale samenwerking, wordt de financiële last voor de Nederlandse belastingbetaler steeds onhoudbaarder.

Deze situatie wordt versterkt door het feit dat veel van deze buitenlandse studenten na hun studie niet in Nederland blijven. Ze keren vaak terug naar hun thuisland, nemen de vaardigheden en kennis die ze in Nederland hebben opgedaan mee, maar dragen niet in significantere mate bij aan het Nederlandse belastingstelsel. De Nederlandse belastingbetaler financiert in feite een onderwijssysteem dat buitenlandse studenten ten goede komt, terwijl zij zelf niet veel teruggeven.

Druk op publieke diensten

De aanwezigheid van een groot aantal buitenlandse studenten in de Nederlandse steden heeft aanzienlijke druk gelegd op openbare diensten. Gezondheidszorgsystemen, openbaar vervoersnetwerken en gemeentelijke diensten staan onder druk door de groeiende studentenpopulatie. De hoge concentratie buitenlandse studenten in grote steden betekent dat lokale bewoners deze diensten moeten delen met tijdelijke bewoners die niet in dezelfde mate bijdragen aan de financiering van deze diensten via belastingen als permanente inwoners (SCP).

Hoewel universiteiten inkomsten genereren uit buitenlandse studenten, vallen de bredere infrastructuur en de diensten die nodig zijn om hen te ondersteunen vaak op de schouders van de Nederlandse belastingbetaler. Dit creëert een ongelijkheid waarbij de kosten van het huisvesten van grote aantallen buitenlandse studenten niet adequaat worden gedeeld door degenen die er het meest van profiteren.

Wie profiteert er echt?

Universiteiten en particuliere verhuurders

De belangrijkste profiteurs van de internationalisering van Nederlandse universiteiten zijn de instellingen zelf en particuliere verhuurders. Universiteiten zien hun budgetten stijgen door de hogere collegegelden die niet-EU-studenten betalen, waarmee ze uitbreidingsprojecten kunnen financieren en hun wereldwijde reputatie kunnen verbeteren. Ondertussen profiteren particuliere verhuurders van de woningcrisis door hoge huren te vragen aan buitenlandse studenten die bereid zijn en in staat zijn om meer te betalen voor huisvesting.

Deze groepen profiteren financieel van de groeiende aanwezigheid van buitenlandse studenten, maar de voordelen komen niet ten goede aan Nederlandse studenten of belastingbetalers, die de verborgen kosten van deze strategie dragen.

Nederlandse studenten en belastingbetalers blijven achter

Ondertussen moeten Nederlandse studenten omgaan met overvolle collegezalen, stijgende kosten van levensonderhoud en een onderwijssysteem dat steeds meer gericht is op buitenlandse studenten, ten koste van hun eigen behoeften. De concurrentie om huisvesting is hevig, en de dalende onderwijskwaliteit is een groeiend probleem. Nederlandse belastingbetalers worden ook belast met de kosten van het ondersteunen van een systeem dat buitenlandse studenten vooropstelt, terwijl lokale behoeften en belangen worden verwaarloosd.

Conclusie: een onhoudbaar systeem

De financiële afhankelijkheid van Nederlandse universiteiten van buitenlandse studenten heeft een reeks structurele problemen gecreëerd die de Nederlandse samenleving negatief beïnvloeden. De prioritering van buitenlandse studenten boven Nederlandse studenten draagt bij aan overvolle universiteiten, onbetaalbare woningen en een onhoudbare financiële last voor belastingbetalers. Tenzij deze problemen worden aangepakt, zal de situatie alleen maar verergeren, waarbij Nederlandse studenten in hun eigen land steeds meer worden benadeeld.

Bronnen

  • Algemene Rekenkamer. Overheidsfinanciering van universiteiten en studenteninstroom.
  • CBS. Woningmarkt en de invloed van internationale studenten.
  • CPB. De economische impact van EU-studenten in Nederland.
  • Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Onderwijsfinanciering en collegegeldverschillen.
  • Nederlands Bureau voor Economisch Beleid. Effecten van de internationale studentengroei op de Nederlandse economie.
  • Onderwijsinspectie. De gevolgen van massale instroom van studenten voor de onderwijskwaliteit.
  • Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren. De impact van Engelstalig onderwijs op de Nederlandse taal.
  • SCP. Druk op publieke voorzieningen door internationale studenten.
2025 Rexje.. Alle rechten voorbehouden.
X